SEARCH
You are in browse mode. You must login to use MEMORY

   Log in to start

level: Level 1

Questions and Answers List

level questions: Level 1

QuestionAnswer
Emotieve waardeWaardering gebaseerd op of het boek je iets ‘doet’ [Welke emoties voel je bij het boek]
Esthetische waardeWaardering van ‘mooi’ en ‘lelijk’ in het boek
Morele waardeWaardering op het gebied van normen en waarden die in het boek voorkomen.
Realistische waardeWaardering van de geloofwaardigheid van het verhaal, van de relatie tussen werkelijkheid en fictie
FictieTeksten gebaseerd op de fantasie van de schrijver
Non-fictieTeksten gebaseerd op de werkelijkheid [een persoon of gebeurtenis bijv.]
ChronologieTijdverloop van een verhaal [wat kwam eerst, wat daarna etc.]
FabelDe [volgorde van de] verhaalgebeurtenissen in chronologische volgorde
SujetDe presentatie[/volgorde] van de verhaalgebeurtenissen zoals die in het verhaal zijn gegeven
FlashbacksTerugblik die het chronologische verhaalverloop onderbreekt
FlashforwardsVerwijzing naar iets wat in de toekomst gaat gebeuren
TijdsprongEen stuk tijd dat wordt overgeslagen
VerteltijdHet aantal bladzijden van een boek of scene [hoelang duurt het om te lezen]
Vertelde tijdDe tijd die gebeurtenissen in het boek in beslag nemen [hoelang het in uren/dagen duurt als het boek zich in de werkelijkheid zou afspelen]
TijdverdichtingGebeurtenissen die worden verteld in een verteltijd korter dan de vertelde tijd [dingen worden minder uitgebreid opgeschreven, tijdsversnelling]
TijdvertragingDe verteltijd is langer dan de vertelde tijd [dingen worden uitgebreider opgeschreven]
Beeldvormende ruimteDe ruimte die de lezer een beeld geeft waar het verhaal zich afspeelt.
BelangenruimteRuimte die een versterkende invloed heeft op de gebeurtenissen
RuimteDe plaats, omgeving en omstandigheden waarin een verhaal zich afspeelt.
ContrastwerkingAls er verschil in ruimte wordt gebruikt om het thema te verduidelijken
Ab ovoIn het verhaal wordt het [chronologische] begin van de gebeurtenissen als eerst verteld.
In medias resHet verhaal begint ergens in het [chronologische] midden van de gebeurtenissen
Post remHet verhaal begint bij het [chronologische] eind van de gebeurtenissen
Gesloten eindHet einde is helemaal duidelijk, je weet alles bij de afloop
Open eindHet einde is (deels) onduidelijk, je weet dingen niet bij de afloop
RaamvertellingIn een verhaal worden onafhankelijk van elkaar verschillende verhalen verteld
VerhaalinzetDe manier waarop het verhaal begint.
VerhaallijnEen samenhangende[/bij elkaar horende] reeks gebeurtenissen.
Protagonist[Hoofdpersoon] Persoon waar het verhaal om draait, waarin het thema te zien is.
AntagonistTegenspeler[/tegenstander/vijand] van de protagonist
Flat characterEen figuur in het verhaal die niet uitgebreid wordt uitgelegd en niet veranderd in het verhaal
Round characterEen figuur in het verhaal die we leren kennen en zich ontwikkelt in het verhaal.
Alwetende verteller/auctoriaal perspectiefDe verteller weet alles van elk personage op elk moment. Hij kent ook de afloop van het verhaal.
Hij/zij-perspectief/Personaal perspectiefDe tekst is geschreven vanuit 1 personage dat met hij of zij wordt aangeduid, de lezer kent alle gevoelens en gedachten bij die persoon
Ik-perspectiefDe verteller is een ik die het verhaal beleeft of beleefd heeft.
Perspectief/vertelwijzeManier waarop de verteller in het verhaal zit
TussenvormVertelperspectief tussen het personale perspectief en het alwetende perspectief in
Spanning[de beste beschrijving is] De drang tot doorlezen
MotiefTerugkerend element in het verhaal/verschijnselen gebeurtenissen of situaties die in verband staan met het thema
LeidmotiefLetterlijk herhaalde details die in verband kunnen worden gebracht met het thema
ThemaDe algemeen menselijke ervaring die centraal staat in het boek
ProloogVoorwoord van de schrijver [beter gezegd: Wat er … jaar/uur geleden gebeurde…]
EpiloogNawoord van de schrijver [beter gezegd: Wat er … jaar/uur later gebeurde…]
IntermezzoTussenstuk in een verhaal
MottoEen citaat dat aan het boek voorafgaat waarmee de schrijver een hint geeft voor de interpretatie van zijn werk
(Auto)biografieEen geschreven levensbeschrijving (over en door jezelf)
ColumnKort verhaaltje waarin de schrijver zijn mening verkondigd (is soms nogal kritisch)
EssayBeschouwing van een bepaald onderwerp
NovelleEen tekst met 1 gebeurtenis, een aantal personages, beperkte karakterontwikkeling en een eenvoudige intrige (superkort verhaal)
PolemiekEen ‘ruzie’ op papier, een ‘pennenstrijd’
RomanUitgebreide tekst met meerdere hoofdpersonen en meerdere verhaallijnen [Normaal/lang verhaal]
CitaatLetterlijke verwijzing naar een andere tekst
Indirecte verwijzingNiet letterlijke verwijzing die wel als verwijzing herkenbaar is
IntertekstualiteitHet naar elkaar verwijzen van teksten en andere kunstwerken
Verborgen opnameOnder het oppervlakte van een tekst is een verwijzing zichtbaar naar een andere tekst of naar een ander kunstwerk. Deze verwijzing is niet duidelijk te herkennen, maar wel betekenisvol.