SEARCH
You are in browse mode. You must login to use MEMORY

   Log in to start

level: Level 28

Questions and Answers List

level questions: Level 28

QuestionAnswer
it thaws (ice melting)het dooit
lightlicht
darkdonker
cloudybewolkt
sunnyzonnig
wetnat
drydroog
veryzeer
strictstrenge
severe froststrenge vorst
the weather agenciesde weerbureaus
more cautiousvoorzichtig
exceptionaluitzonderlijk
the heat wavede hittegolf
following each other, in a rowop elkaar volgende
the disasterde ramp
giantgigantische
the wind forcede windkracht
the treede boom
the leafhet blad
fallvallen
the damagede schade
many (many of many)velen
in advancetevoren
the angerde woede
storm ragesstorm woedt
entiregehele
racedraasde
wind gustwindstoten
the highlight, highest pointhet hoogtepunt
the floodde overstroming
the centuryde eeuw
suddenlyplotseling
integratedingeburgerd
lazylui
I definitely dodoe ik zeker
the traffichet verkeer
the transporthet vervoer
the carde auto
the traffic jamde file
the roadde weg
the bicyclede fiets
the bicycle pathhet fietspad
mopedde bromfiets
the scooterde scooter
the steering wheelhet stuur
the taxide taxi
the driverde chauffeur
the portde haven
the boatde boot
the bridgede brug
the planehet vliegtuig
the airporthet vliegveld
the flight attendant, cabin crewde stewardess
the bagagede bagage
public transporthet openbaar vervoer
the travel costsde reistkosten
the public transport chip cardde OV-chipkaart
the ticket, the cardhet kaartje
the travellerde reiziger
the arrivalde aankomst
the departurehet vertrek
the futurede toekomst
the presenthet heden
the pasthet verleden
the trainde trein
the stationhet station
the trackhet spoor
the platformhet perron
the conductorde conducteur
the busde bus
the tramde tram
the tramstopde tramhalte
the metrode metro
the streetde straat
the cornerde hoek
the garagede garage
the parking garagede parkeergarage
the accidenthet ongeluk
the crash, collisionde botsing
the petrolde benzine
the navigationde navigatie
the safetyde veiligheid
safeveilig
indicate directionrichting aangeven
Viavia
slowlylangzaam
fastsnel
quicklyvlug
brokenkapot
aheadvooruit
backwardsachteruit
the roadsidede weghelft
unconsciousbewusteloos
the nursede verpleegster
the nurse (man)de verpleeger
the cemeteryde begraafplaats
the ratehet tarief
favorablegunstige
moreoverbovendien
the hungerde honger
the thirstde dorst
hotheet
coldkoud
skinny (low on fat)mager
fatvet
tastelessflauw
bitterbitter
sourzuur
sweetzoet
saltzout
dirtyvies
vegetarianvegetarisch
deliciousheerlijk
half-full (fat)halfvolle
full (fat)volle
the dinnerhet avondeten
the evening mealde avondmaaltijd
the dinnerde diner
going to sleephet slapengaan
the healthde gezondheid
the chancede kans
the blood pressurede bloeddruk
the eaterde eter
the burdende last
the heart diseasede hartziekte
the scientistde wetenschapper
the leadershipde leiding
performedverricht
thusaldus
more than 24%ruim 24%
the heart attackde hartaanval
a growing number of peoplesteeds meer mensen
the water pipede waterleiding
the breweryde brouwerij
the city centrede binnenstad
one (people in general)men
the truckde vrachtwagen
the freight, cargode vracht
the officehet bureau
on our ownin ons eentje
averagegemiddeld
it does not matterhet maakt niet uit
the lunch dishhet lunchgerecht
the topped sandwichde belegde boterham
followed bygevold door
a bowlde kom
home made (sandwich)zelfgesmeerd
the fruitnessde fruitgheid
specialbijzonder
the expertde kenner
the numberhet aantal
the participantde deelnemer
the sipde slok
wastedhartstikke dronken
according tovolgens
animal welfaredierenwelzijn
animal friendlydierenvriendelijk
yetnog steeds
someoneiemand
anyoneeenieder
everyoneiedereen
less and lesssteeds minder
suitablegeschikt
the packagingde verpakking
the climatehet klimaat
the weather forecasthet weerbericht
the thermometerde thermometer
the shower (weather)de bui
the rain showerde regenbui
the weather radarde buienradar
the heaven, skyde hemel
the air, skyde lucht
the moonde maan
the stormde storm
the sunde zon
the windde wind
the cloudde wolk
the rainde regen
the autumn, the fallde herfst, het najaar
the temperaturede temperatuur
the springde lente, het voorjaar
the winterde winter
the summerde zomer
The seasonhet seizoen
The Easthet oosten
the northhet noorden
the hailde hagel
the drizzle rainde motregen
the umbrellade paraplu
the iciclede ijspegel
the snowde sneeuw
the icehet ijs
the coldde kou
the southhet zuiden
the westhet westen
wind blowingwaaien
it rainshet regent
it is windy (blowing)het waait
it's freezinghet vriest