interfase | fase van de celcyclus tussen twee mitosen |
celcyclus | opeenvolgende fasen die een delende cel doorloopt |
moedercel | cel die door celdeling twee nieuwe cellen vormt |
trekdraden | draden die de chromatiden naar een van beide polen trekken |
ongeslachtelijke voortplanting | door celdeling ontstaan nakomelingen met dezelfde erfelijke eigenschappen als de ouder |
G₁-fase | fase van de celcyclus tussen de M-fase en de S-fase |
M-fase | fase van de celcyclus waarin de kerndeling en de celdeling plaatsvinden |
DNA-replicatie (DNA-synthese) | van een DNA-molecuul wordt een kopie gemaakt |
centromeer | plaats op het chromosoom waaraan het gekopieerde DNA vastzit |
profase | eerste fase van de mitose, waarin DNA spiraliseert en het centrosoom verdubbelt |
prometafase | tweede fase van de mitose, waarin het kernmembraan verdwijnt |
G₂-fase | fase van de celcyclus tussen de S-fase en de M-fase |
S-fase (synthesefase) | fase van de celcyclus waarin DNA-replicatie plaatsvindt |
kernspoel | structuur in de cel tijdens de kerndeling gevormd door trekdraden |
embryosplitsing | kloontechniek waarbij een embryo fysiek in twee delen wordt gesplitst |
centrosoom | spoellichaampje dat bij kerndeling de kernspoel vormt |
telofase | laatste fase van de mitose, waarbij een nieuw kernmembraan wordt gevormd en er twee kernen ontstaan |
spiraliseren | het dikker en korter worden van chromosomen aan het begin van de celdeling |
centriolen | celstructuren in het centrosoom die een rol spelen bij de kern- en celdeling |
G₀-fase | rustfase waarin geen celdelingen plaatsvinden |
plasmagroei | vorming van nieuw cytoplasma |
klonen | kweken van organismen door ongeslachtelijke voortplanting |
chromatiden | de twee identieke delen van een chromosoom na DNA-replicatie |
metafase | derde fase van de mitose, waarbij de chromosomen in een vlak tussen beide centrosomen liggen |
mitose | deling van de celkern |
kerntransplantatie | kloontechniek waarbij de kern van een volwassen cel wordt overgebracht naar een lege eicel |
celdeling | reproductieproces waarbij uit één cel twee nieuwe cellen worden gevormd |
anafase | vierde fase van de mitose, waarbij de chromatiden elk naar een kant van de cel worden getrokken |
dochtercellen | twee identieke cellen die worden gevormd uit één cel bij celdeling |
kloon | organisme dat is ontstaan door ongeslachtelijke voortplanting uit één organisme |