Wat is socialisatie en hoe verhoudt dit zich tot onze persoonlijkheid? | = het levenslange proces van sociale ervaringen dat mensen in staat stelt om hun eigen mogelijkheden te realiseren en zich de cultuur waarvan zij deel uitsmaken eigen te maken.
ze vormen de basis voor onze persoonlijkheid = onze relatief consistente wijzen van handelen, denken en voelen, het wordt gevormd door de omgeving te internaliseren. |
Wat stelt de evolutietheorie over gedrag? | gedrag is instinctief; de verschillen in gedrag tussen groepen mensen uit verschillende culturen werden toegeschreven aan biologische factoren. |
Wat stelt het behaviorisme van Watson over gedrag? | ons gedrag is aangeleerd. er is sprake van een wisselwerking tussen sociale en biologische factoren. of en hoe we onze aangeboren mogelijkheden ontwikkelen is afhankelijk van de wijze waarop we grootgebracht worden en de sociale ervaringen die we opdoen. |
Wat kan een gevolg van sociaal isolement zijn? | het verstoort de ontwikkeling en kan passief en agressief gedrag opwekken. |
Wat houdt het persoonlijkheidsmodel van Sigmund Freud in? | dit model vloeit voort uit twee aangeboren elementen: eros (levensinstinct) en thanatos (agressieve drift).
het model bestaat uit drie delen:
1. es = respecteert fundamentele driften van de mens; onbewust en eisen directe bevrediging (biologisch van oorsprong).
2. ego = bewuste pogingen om aangeboren driften in evenwicht te brengen met eisen van de samenleving.
3. superego = geïnternaliseerde normen en waarden van de cultuur waarvan we deel uit maken (geweten)
sublimering = zelfzuchtige drijfveren worden omgezet in sociaal acceptabel gedrag. |
Wat houdt de cognitieve ontwikkelingstheorie van Piaget in? | hij laat zien dat hoe we met de wereld omgaan een ontwikkelingsproces is dat wordt beïnvloed door opleiding; nadruk op aangeboren patronen.
4 fasen:
1. sensorisch-motorische fase (ervaring wereld d.m.v. zintuigen)
2. pre-operationele fase (taal en symbolen worden gebruikt; hechten betekenis aan bepaalde ervaringen/objecten; nog geen kennis van begrippen etc)
3. fase van de concrete bewerkingen (oorzaak-gevolgrelaties; nog niet twee symbolen tegelijk gebruiken)
4. fase van de formele bewerkingen (kinderen leren abstract en kritisch denken) |
Wat zijn de drie fasen van Lawrence Kohlbergs theorie van de morele ontwikkeling? | 1. preconventionele niveau: kinderen ervaren de wereld in termen van lust en onlust.
2. conventionele fase: minder zelfzuchtig, goed en verkeerd definiëren in termen van onze sociale omgeving en conform de maatschappelijke normen
3. postconventionele niveau: bezighouden met abstracte ethische beginselen |
Wat stelt Carol Gilligan met haar theorie over sekse en morele ontwikkeling? | dat jongens en meisjes verschillende maatstaven voor goed en fout hanteren, wss omdat veel kinderen opgroeien in gezinnen waar vooral de moeder de verzorgende taken uitvoert.
jongens: perspectief van juistheid; meisjes: zorg en verantwoordelijkheid. |
Wat stelt de theorie van het sociale zelf van Mead en wat zijn kernbegrippen van deze theorie? | - verklaren hoe de sociale ervaringen bijdragen aan ontwikkeling van persoonlijkheid.
- zelf: dat deel van onze persoonlijkheid dat ons bewustzijn en zelfbeeld omvat; product van sociale ervaringen(=uitwisselen symbolen); bestaat uit IK=subjectief deel en MIJ=objectief deel.
- rol van de ander aannemen: in ander verplaatsen m.b.v. symbolen.
- gespiegelde zelf: zelfbeeld dat gebaseerd is op onze eigen gedachten over hoe anderen ons zien.
- gegeneraliseerde ander: wijdverbreide maatschappelijke normen en waarden die we gebruiken als referentiekader voor evalueren van onszelf. |
Wat bedoeld Erikson met zijn ontwikkelingsfasen? | hij plaatste de socialisatie in een breder perspectief en legt tegelijk meer nadruk op het individu dat zich ontwikkeld onder invloed van de omgeving. de persoonlijkheidsontwikkeling is een proces dat ons hele leven duurt. |
Waarom wordt gender gezien als twee tegenpolen (1) en waarom is dit opmerkelijk(2)? | 1- genderrollen bestaan uit attitudes en de activiteiten die een samenleving aan de twee seksen koppelt (M=leidende posities innemen en teamsport; V= voor andere klaarstaan en gevoelens tonen)
2- er zijn veel overeenkomsten tussen mannen en vrouwen en de meeste mensen ontwikkelen een persoonlijkheid die uit een combinatie van M en V eigenschappen bestaat. |
Hoe wordt de sociale identiteit van kinderen gevormd en wat is de invloed van de sociale positie van de ouders? | het gezin heeft kinderen een sociale identiteit. de herkomst van onze familie maakt deel uit van onze sociale identiteit en etnische herkomst. sociale klasse en culturele achtergronden spelen een belangrijke rol in de persoonlijkheidsontwikkeling. kinderen gaan zich realiseren dat de sociale positie van hun gezin invloed heeft op hoe anderen hen zien. ook school draagt aan deze ontwikkeling bij. |
Wat is een peergroup? | een sociale groep waarvan de leden dezelfde interesses, sociale positie en leeftijd hebben. peergroups hebben meer invloed op korte termijn interesses, terwijl ouders meer invloed hebben op lange termijn doelen. ze kunnen ook bijdragen aan anticiperende socialisatie: een leerproces dat ons helpt om een gewenste positie te bereiken. |
Wat zijn massamedia? | -middelen waarmee onpersoonlijke boodschappen onder de aandacht van een groot publiek gebracht kunnen worden;
-verbinden mensen met elkaar;
-algoritmen, eigen wereldbeeld wordt versterkt;
dragen bij aan gendersocialisatie door benadrukking mannelijkheid en vrouwelijkheid. |
Wat houden culturele inconsistenties in? | jongeren worden aan de ene kant als volwassen behandeld, maar aan de andere kant nog als kind. sociale achtergrond is hier van invloed op > lage SES gaan eerder werken en worden eerder als volwassen gezien t.o.v. hoge SES. |
Uit welke 5 fasen bestaat het sterf- en rouwproces? | 1. ontkenning
2. woede
3. marchanderen (denken dat we er nog aan kunnen ontsnappen)
4. berusting
5. acceptatie
laatste jaren is de dood wel meer een bespreekbaar onderwerp geworden. |
Hoe wordt de levensloop gezien? | het is voor het grootste deel een sociale constructie die mede bepaald wordt door sociale processen. bepaalde levensfasen kunnen in verschillende samenlevingen anders worden ervaren en ze gaan samen met transities (nieuwe dingen aan- en afleren of onder ogen zien) |
Wat is een cohort? | een categorie met een gemeenschappelijk kenmerk (bijv. leeftijd) leden van een bepaald cohort worden min of meer door dezelfde economische en culturele ontwikkelingen beïnvloed, waardoor zij de neiging hebben om vergelijkbare attitudes en waarden te ontwikkelen. |
Wat is een totale institutie? En noem drie gemeenschappelijke kenmerken. | = een instelling waarin mensen van de rest van de samenleving geïsoleerd worden en een behandeling ondergaan van de staf en het personeel van de instelling.
1. staf en personeel houden toezicht op alle aspecten van het dagelijks leven;
2. leven in een totale institutie is strikt geregeld en gestandaardiseerd;
3. formele regels dicteren wanneer, waar en hoe iets gedaan moet worden. |
wat is het doel van een sociale institutie en uit welke twee delen bestaat het proces om dit doel te bereiken? | doel = resocialisatie en heropvoeding = ingrijpende verandering van de wijze waarop een bewoner in het leven staat d.m.v. een nauwkeurige controle op de omstandigheden.
1. bestaande identiteit wordt afgebroken en de persoon wordt aan ingrijpende procedures onderworpen;
2. instelling probeert d.m.v. belonen en straffen een nieuwe wijze van in het leven staan te vormen. |