| Wat is sociale stratificatie? | een systeem waarmee een samenleving categorieën mensen rangschikt in een bepaalde hiërarchie |
| Wat zijn de grondprincipes waar sociale stratificatie op gebaseerd is? | 1. het is een kenmerk van de samenleving en niet eenvoudigweg een reflectie van individuele verschillen;
2. het wordt over generaties doorgegeven, sociale mobiliteit: positieverandering in de sociale hiërarchie;
3. het is een universeel maar variabel verschijnsel;
4. het bestaat niet alleen uit ongelijkheid maar ook uit overtuigingen. |
| Wat is het verschil tussen een gesloten- en open systeem ? | - gesloten: systeem die weinig veranderingen in sociale posities toelaat;
- open: veel sociale mobiliteit |
| Wat is het verschil tussen een kastenstelsel en een klassenstelsel? | - kasten: een op afkomst of toeschrijving gebaseerde vorm van sociale stratificatie, weinig sociale mobiliteit;
- klassen: een sociale stratificatie die zowel of afkomst als persoonlijke prestaties is gebaseerd, meer open systeem, intergenerationele mobiliteit. |
| Wat is een meritocratie? | verwijst naar een op persoonlijke verdienste gebaseerde sociale stratificatie. bevolking wordt gelijke kansen aangeboden en wordt geleerd dat individuele prestaties verschillend beloond kunnen worden. |
| Wat is statusconsistentie? | de mate waarin de sociale positie van een individu, op verschillende dimensies van sociale ongelijkheid, toch gelijk blijft. weinig sociale mobiliteit gaat samen met hoge statusconsistentie. |
| Wat is structurele sociale mobiliteit? | een verschuiving in de sociale positie van grote aantallen mensen, die eerder aan maatschappelijke veranderingen dan aan individuele inspanningen toegeschreven kan worden. |
| Wat is een ideologie? | het bestaat uit culturele overtuigingen die bepaalde sociale regelingen, waaronder patronen van ongelijkheid, rechtvaardigen. |
| Hoe luidt de Davis-Moorethese? | sociale stratificatie heeft een gunstige invloed op het functioneren van een samenleving. omdat het anders niet te verklaren is waarom sociale stratificatie in elke samenleving voorkomt.
kritiek: lastig te bepalen hoe belangrijk een beroep is; beloning is niet altijd reële afspiegeling aan samenleving; gaan voorbij aan dat kastenstelsel ontwikkeling van talenten kan voorkomen; sociale ongelijkheid veroorzaken conflicten. |
| Wat stelt de conflictsociologie over sociale stratificatie? | dat het niet zozeer de samenleving als geheel ten goede komt, maar juist bepaalde mensen bevoordeelt.
Marx: kapitalisten vs. proletariërs; arbeid brengt vervreemding teweeg - een gevoel van isolement en ellende dat voorkomt uit machteloosheid.
kritiek: ongelijke beloning is juist noodzakelijk; de door Marx voorspelde revolutionaire veranderingen zijn uitgebleven. |
| Wat zijn de redenen voor het uitblijven van de marxistische revolutie? | 1 fragmentatie van de kapitalistische klasse (direct belang bij dit systeem);
2 hogere levensstandaard
3 meer werknemersorganisaties
4 meer juridische berscherming |
| Welke drie dimensies onderscheidde Weber van het verschijnsel sociale ongelijkhied? | 1 economische ongelijkheid: klassenpositie;
2 status: sociaal prestige;
3 macht |
| Wat houdt socio-economische status in (Weber)? | een samengestelde rangorde die gebaseerd is op meerdere dimensies van sociale ongelijkheid. |
| Wat houdt bovenmatige consumptie in? | de neiging om bij het kopen en gebruiken van producten rekening te houden met wat deze producten zeggen over sociale posities/ |
| Wat is het verschil tussen inkomen en vermogen? | inkomen: de verdiensten uit werk of uit investeringen
vermogen: totale waarde van geld en andere bezittingen min de uitstaande schulden |
| Wat is genderstratificatie? | de ongelijke verdeling van bezit, macht en privileges tussen mannen en vrouwen |
| Wat is het verschil tussen relatieve en absolute armoede en wat is feminisering van armoede? | R: de achterstelling van sommige mensen in relatie tot mensen die meer hebben
A: een achterstelling of gebrek aan bronnen die levensbedreigend is.
F: de trend dat vrouwen een groeiend deel uitmaken van de populatie van armen. |
| Welke twee visies proberen het bestaan van armoede te verklaren? | 1 arme mensen zijn voornamelijk zelf verantwoordelijk voor hun armoede;
2 nadruk op verantwoordelijkheid van samenleving om ervoor te zorgen dat niemand buiten de boot valt |
